woensdag 17 september 2008

semuc Champey


Op weg...





Marimbadansen


Alan, ik en Rootman

Semuc Champey

Hallo daar.

Er worden er hier twee weekjes aangebreid, en ik zal ze kunnen gebruiken want wil nog veel te veel zien vooraleer ik vertrek.

Dit weekend ben ik naar Semuc Champey geweest, ik probeer enkele fotootjes up te loaden, maar je kan er van op aan dat het daar prachtig is, een rivier met een soort natuurlijke zwembadjes midden in het groen tussen de bergen en onder een stralende hemel. We hadden het geluk in het aangename ‘hotel’ van de nonkel van Rootman, een van de advocaten, te mogen slapen. Diezelfde nonkel is eveneens eigenaar van een heus grottencomplex, waar we met kaarsjes in de hand en al zwemmend en klimmend binnen gegaan zijn. Een avontuur, zeker als ze voor de ‘fun’ alle kaarsjes doven en je helemaal alleen in het donker moet zwemmen, enkel wetend dat waar je moet belanden ‘ergens rechtdoor’ is. Adrenaline-opstoten waren niet te tellen, als je in de grot een waterval moet beklimmen en haast platgeslagen wordt door de kracht van het water, als je van een rots van drie meter hoog naar beneden in het donker moet springen, enkel wetend dat daar diep water wacht, als je in een duizelingwekkende watervalachtige tube moet springen omdat je te voet niet kan afdalen en ze je waarschuwen ‘toch maar naar links te zwemmen in het geval dat het moest mislopen’. Waterkracht, dat is echt niet te onderschatten. Enfin, mijn kaarsje is meer dan één keer uitgegaan en mijn benen zullen het geweten hebben: scharten, schrammen, blauwe plekken, deuken, en voeg daar nog eens de bulten van alle mogelijke insectebeten aan toe en je hebt enig idee van hoe de battlefield van mijn benen er uit ziet. Verder waren er zalige trapezes over de rivier gehangen, beeld je eens een slinger van om en bij de twintig meter in, waarna je je op het hoogste punt in de rivier laat vallen… Gewoon zalig. Verder ook nog motorbootjes, opgeblazen banden om je met de stroming mee te laten glijden, hangmatten, marimbamuziek, een prachtig landschap, gezelschapspelletjes, een goed bed èn een zotte nonkel in en je hebt een doorsnede van mijn weekend.

Maandag was het hier ‘dag van de onafhankelijkheid’ en dat zullen we geweten hebben toen we naar huis terug wouden keren zondagavond. Ongelooflijk veel ‘torchas’dragers, die al rennend fakkels in de handen dragen en die naar de hoofdstad brengen om daar een groot vuur aan te steken, aangevuurd door een camionette met school/werk/huis genoten en natuurlijk, onvermijdelijk, ontelbaar veel Guatemalteekse vlaggetjes. Het is hier deels de gewoonte om als je die voorbijrijdt je flessen met water over hen uit te kieperen. Hilarisch, zelfs als het om gewoon dreigen met een lege fles gaat. Maandagochtend waren de straten zelf vol muziekgroepen, bandas genaamd, bestaande uit majoretten, tamboers, trompetten, xylofoons, bombardons, vlaggendragers enzovoort. Elk colegio (college, school) heeft zijn eigen banda, en allen paseren voor het presidentieel paleis om een glimp van een wuivende Alvaro Colom op te vangen. Ocharme de man, die moest in totaal zo’n 16 uur op zijn stoeltje blijven zitten om elkeen te groeten. Natuurlijk gaat dit gepaard met een wedstrijd van ‘beste banda’, ’s avonds afgsloten door vuurwerk op kweetniethoeveel plaatsen. Voeg hier nog eens een stralende zon aan toe, ontelbaar veel eetstandjes, suikerspinverkopers, verkopers van vanalles en nog wat, ijsjes, granizadas (ik zweer dat ik deze ga introduceren in België: niets anders dan crushed ice met grenadine in verschillende smaken, aardbeien, braambessen, chocolade en gecondenseerde melk… en dat alles voor 50 cent, olé!) en je hebt een beeld van hoe het was.

Verder is ook mijn laatste onderzoeksweek ingezet en wat ervoor een constante was (moeilijkheden om afspraken te maken) blijft dezelfde constante, maar literatuur heb ik zeker genoeg en interviews ook wel.

Vanaf maandag of dinsdag resten mij dus nog enkel tien daagjes ontspannen, rondreizen, en daarna stilletjes terug te keren naar de hoofdstad, hier een afscheidsfeestje te geven, nog enkele souveniertjes te kopen en terug te keren.. het zal er rapper zijn dan ik wil.

Saludos.

(en lees hier de blog van Geertrui)

maandag 8 september 2008

Ik leef nog

Twee weken in één, geen idee meer waarom ik geen tijd had om niet te schrijven, maar ik had dus geen tijd.

Beginnen bij het einde. Vandaag (vrijdag, maar de moment dat ik dit op de blog publiceer is het alweer maandag) is Geertrui vertrokken richting Chiquimula (later een linkje naar haar blog) en ik ging nog even enkele instituties binnenspringen om mijn oor te luisteren te leggen en een beetje literatuur te bedelen. Toen de ‘documentatiecentrumman’ beneden kwam bekeek hij mij eens aandachtig en vroeg toen: “Europea?”.
Jaja, zei ik. Ik ben Europese, Europa, België.
“Aha”, zei de man , ‘ik ben ook van België”. Maar dat dan in het Spaans.
Aha, zei ik.
“Van het Vlaamse deel van België?”, vroeg de man.
Ja, zei ik.
“Aha, ik ook” zei de man, nog steeds in het Spaans. “En welke universiteit?”
Die van Gent, zei ik.
“Gent”, zei de man, “daar heb ik ook gestudeerd” (maar dan in het Spaans).
Aha, zei ik, en uit welk dorp bent u dan?
“Deinze”, zei de man.
Ik ook!!!!
“ ’t is niet waar?” (pas op, nog steeds in het Spaans).
Uhu, jawel!
En dan, eindelijk, in het (half)Nederlands: ik heb in de Oostmeersdreef gewoond, in Herpinsakker, in de Pelikaanlaan.

Dit, plus de blikken van zijn medewerkers: goud waard!!

On-ge-loof-lijk toch? Duizenden kilometers van huis opeens een stadsgenoot tegenkomen, wiens neef dan ook nog eens in Astene blijkt te wonen en de eigenaar is van de Zwarte Vos.

Vorige week dan: een hectisch weekje met een nog hectischer einde, zijnde Lucio met acute appendixontsteking opgenomen in het ziekenhuis. Tegelijkertijd kwam Esteban, de vorige bewoner van mijn kamer, aan in Guatemala om twee dagen later opnieuw te vertrekken. Passing by, heet dat dan. Vrijdagnacht na een concert, including vuurwerk, (te) lang op de stoep staan babbelen met Alan en Claudia, om thuis te komen en er een minifeestje van wel de volle tien man aan te treffen om de thuiskomst en het vertrek van Esteban te vieren. Lawijtmakers.

Zaterdag opgestaan en in mottige pyama de trap afgedaald om daar wel zeker 8 familieleden van Lucio aan te treffen in de living, die hem later de dag wouden bezoeken in een fameuze ‘zona roja’ (rode zone; alert alert!!). Verwondering alom toen ik hen toonde hoe onze wasmachine werkte (de familieleden van Lucio zijn, ter herinnering, inheemsen uit een of ander dorp waarvan de naam mij nu ontglipt, en hadden tot dan toe nog nooit een wasmachine van dichtbij gezien.) . Ik moest wel even slikken bij de evidentie van wasmachinegebruik voor mij, in vergelijking met het uur wasmachinestaren (tot de was gedaan is) door de vrouwelijke helft van Lucio’s familie. De zaterdag dan, na het bezoeken van Lucio in het ziekenhuis, een of ander Guatemalteekse delicatesse gaan proeven (gefrituurd varkensvel, njam) om ’s middags te eindigen op een minikermis, in de vooravond te crashen in het bed van Alan en Claudia, en de nacht paranoia door te brengen op (alweer) de stoep. Paranoia, omdat Alan en Alejandro overal politie, drugsdealers, dieven en verdachten zagen. Zonder overdrijven. Ik mocht zelfs niet alleen naar huis stappen terwijl we amper tweehonderd meter van elkaar wonen..

Deze maandag wakker geworden om in de living de mama van lucio tegen te komen die keihard aan het wenen was. Bleek dat de neef van Lucio zondagnacht doodgeschoten is, zoals zeer vaak in Guatemala stad zonder reden, puur omdat hij (receptionist in een of ander drive-in hotel) geen kamers meer had. Ze hebben hem opgewacht en neergeknald. Voor niets. Nu, ze fluisteren wel dat dat hotel linken had met narcotrafiek en/of een eerder negatieve reputatie had (als u weet dat het hotel Kama Sutra heet..), maar dat is natuurlijk helemaal geen reden om iemand neer te knallen. Logisch dus dat ik maandag heel de dag half verdoofd en vooral zeer emotioneel liep. En dat ze dit niet gaan aanklagen wegens een broekschijtergetuige (gezien de corruptie, verdoken groepen, schrik voor de politie enzo eigenlijk helemaal niet verbazingwekkend dat ze schrik hebben…). Voeg daar nog eens aan toe dat ik maandag weer een reconstructie heb bijgewoond van een feminicidezaak èn bovendien deze ook in de rechtbank aan het volgen ben, en je weet hoe (slecht) ik mij voelde toen we rond vier uur…. eindelijk Geertrui gingen oppikken aan de luchthaven met haar persoonlijke privétaxi! Ik, kampend met een Acuut Nederlands Spraakgebrek, probeerde haar dan maar mee te tronen naar Sobrevivientes en alles een beetje te expliqueren – raargenoeg vlotte dat Nederlands in den beginne echt niet goed. Dinsdag was het vooral een slecht idee om Geertrui taco’s te laten eten, het gevolg laat zich al raden… net als ik de eerste dagen, ook hier de typische buikklachten.

Ok, geen zin meer om verder te typen. Ik moet nog wat werken ook.

De interviews lopen vlot, maar het ritme waarop de interviewafspraken gemaakt worden is al heel wat minder vlot: bellen, uitstellen, verleggen, niet thuis zijn, bahbah.

Verder nog heel wat Spannend Nieuws:

- Er is zowaar een coup gepleegd op de Presidente de la República Guatemalteka Alvaro Colom, door zijn chef veiligheid met hulp van het leger. Nu was die chef veiligheid al een of ander louche kereltje met 8 (!!!) zaken tegen hem lopend binnen enkel Sobrevivientes alleen al (wegens verkrachting, aanranding). Vanzelfsprekend kon nooit iets tegen hem ondernomen worden want macht in Guatemala staat gelijk aan immuniteit en de garantie van blijvende straffeloosheid. In dat opzicht is de ‘coup’ goed nieuws, want elk detail dat helpt om hem zwart te maken zal bijzonder warm welkom geheten worden door Colom. Colom, tijdens publieke speeches voorzien van een bijzonder talent om vlot voor te komen, maakte op de radio nogal een geslagen indruk en sprak van een groot spionagecomplot tegen hem (feit: chef veiligheid had microfoontjes, cameraatjes en meer van dat moois in het presidentiële huis verstopt, de snoodaard). Ik hou jullie verder op de hoogte

- Zijn er deze week opeens drie mensen, die ergens via via met mij gelinkt zijn, vermoord. Niet dat ik ze persoonlijk ken, maar mensen die ik ken doen dat wel. Freaky, schrikwekkend en emotionante.

- Ben ik letterlijk buiten gestuurd in de rechtbank door de rechter (of beter: rechtster) omdat ik stiekem een sandwich aan het eten was.. en dit nochtans na vragen of dat wel mocht aan mijn buurman. Hilariteit alom achteraf door alle aanwezige Sobrevivientesleden, maar ik voelde alleen maar diepe diepe schaamte en een totaal misplaatste trots die maakte dat ik niet meer in de rechtzaal terug wou keren...

- Is mijn portefeuille, met daarin identiteitskaart, studentenkaart en geld, gepikt door een stomme snoodaard op de bus, waarvan Geertrui en ik meteen wisten dat ie niet deugde. Ondanks het feit dat ik mijn rugzak op mijn buik had en we toch wel alert waren.. Gewoon nog nooit zo een volle bus gehad, en duwen en trekken en wringen en wrijven is dus zodanig doodgewoon dat je niets voelt. Bij het naar-politie-gaan-om-aangifte-te-doen nog eens geconfronteerd met het Guatemala-derde-wereldgevoel: een typmachine naast een computer die niet werkte (en als decoratie diende, zei de officier, ha ha ha…). Een half uur wachten en antwoorden op alle niet-relevante vragen van de politie (gaande van: vanwaar zijt gij, welke talen spreekt gij, en totaal niets vragen mbt waar, wanneer, hoeveel, wat gestolen is. In den beginne toch niet) later, blijkt hij één foutje getypt te hebben, en besluit om heel de santenboetiek nogmaals over te typen omdat een verbeterd foutje niet geldig is hier. Resultaat: nog een half uur wachten. Pfft!

- Hebben we er een huisgenoot bij: de broer van Lucio van 16 jaar uit die hier in de hoofdstad zijn stage komt doen, en vooral heel goed voor zijn broer zorgt

- Heeft onze kat haar kuren (vraag maar aan Geertrui..) wat maakt dat ze constant miauwt (en constant: dat is dag en nacht, en hoogst klaaglijk en irritant), overal plast en overal binnenglipt. Mijn kamer is al meer dan een keer gezegend met een zeer, euh, penetrante geur.

- Bleek ‘studente’ Carmen een 50jarige en gezette huismoeder te zijn.

De thesis dan, die was deze week wat minder, maar zal volgende week zoveel te meer zijn. De literatuur is verzameld, nu nog enkele interviews, een nieuwe tocht naar Iberia om te kijken of mijn vlucht verlengd kan worden, en dan hopelijk nog een paar dagen reizen alvorens te vertrekken. Ongelooflijk hoe rap het alweer niet gaat. Binnen minder dan een maand ben ik alweer thuis…

Hasta la proxima,